maandag 21 september 2020

 Op een kromme tak, hoog in de boom zaten een aantal vogeltjes zich te koesteren in de zon. Ze zaten wat met elkaar te kwetteren en hipten heen en weer; vlogen een eindje weg en kwamen weer terug, kortom het was er best gezellig. Maar dan gebeurt er iets. Er komt een vogeltje aangevlogen en die landde tussen een aantal kameraadjes die even opvlogen om wat ruimte voor hem te maken. Hij schudde zijn verenpak uit en spetterde de anderen een beetje nat. Wat was dat? Zijn vriendjes vlak bij hem zagen dat hij een roodachtige glans op zijn verenpak had.Die begonnen meteen hem te vragen waar die glans vandaan kwam. Het verhaal dat hij vertelde was ongelofelijk.

'Ik was gevangen en in in een kooi gestopt met andere vogeltjes en werd te koop aangeboden op een vogelmarkt. Toen kwam er een man en die kocht mij samen met een vriendje en wat er toen gebeurde was eigenlijk bizar. De man kwam thuis met zijn kooitje met ons beiden en pakte mijn kooigenootje en slachtte hem en liet zijn bloed vloeiden in een pot van aardewerk  met water. Daarna pakte hij mij in zijn grote handen en ik kneep hem als een dief omdat ik bang was dat hij mij ook zou slachten. Maar er gebeurde iets heel anders. Hij hield mij in zijn hand en duwde me toen onder water en liet me daarna los en was ik helemaal vrij om weg te vliegen. In plaats van de dood die mij voor ogen stond vloog ik hoog in de lucht in de heerlijke warmte van de zon. De roodachtige glans van het water en het bloed op mijn verenpak werd door velen opgemerkt en ik kon vertellen dat dankzij de vogel die voor mij geslacht werd ik verder mocht leven en ik me mocht verwarmen in de stralende zonneschijn.'

Het staat allemaal in Leviticus 14 beschreven. Wat is dit toch een prachtig beeld van de vergeving van de zonden. Wat een geweldig beeld van de Heere Jezus die voor ons de dood in ging zodat wij zouden kennen leven. Geve de Heere dat het aan ons 'verenpak' te zien is dat we met Christus gestorven zijn en door Hem toch leven?

What do you want to do ?
New mail

donderdag 27 augustus 2020

De zwemles van Ezechiël

 Beloved Lee and Barbara,

Let me give you an update on our situation. It is now about a year ago that we came hom2 from our last trip to the drivers. In November that is. Then we came back from Spain and Portugal. Never could imagine that the world has so changed like  it is now. We had our plans ready for this year, but then all changed. We were not allowed to enter Belgium and Germany only than for reasons with absolute necessity. That stopped our traveling’s to the drivers.  That was in the end of March and here we are sitting at home with no travelling at all. Our world became to a standstill traveling wise. And who knows if or when we will be able to be on the road again, only the Lord knows.

 

You’re not surprised that we are getting older and the date is nearing that we’ll be 71 and 77. As for the future of the Trucker Ministry in a practical way we have to reckon with the reality that we will no longer on the road as our health is also not getting better….

I came in contact with a driver who thinks about giving his life to the trucking Ministry. That’s exciting news and we are looking forward what this can give a boost to the work. Much is depending on the economic situation and how this will develop.

We live in the last days prophetically so we’ll be prepared for Rapture.

 

The borders are being closed for now. What we do nowadays is sending material to those who want to share the Message with their colleagues, but this is also difficult with that ‘one Meter economy’ which we have here. Many places like parking lots are nowadays no go area because  of that virus. Which means only professional drivers are allowed to stay there for some restricted time.

Truck drivers nowadays ar labeled as necessary for the welfare of the people. So they have now preference on parking places etcetera. We see this as an end-time situation. Churches are advised to close down by the government. Who has ever expect that our government would do such a thing. We haven’t been to church since the last week of March, no Bible study or youth programs. Some churches however are re-opening the doors reluctantly . It is obvious that only a few believers are allowed to have meetings. In our home church we have over two hundred seats, but we are allowed to use only eighteen seats because of bad oxygen situation.

Concerning our health. Nita is doing quite well and although she has her weak spells as well. My neuropathy is becoming a handicap. Don’t have much feeling left in feet and legs. I walk pretty bad with a stick and the doctor told me that I will need a walker in some time.

Because of a re-occurring bladder inflammation I have some problems in my brain. I need Nita to help me remember what I have to do or to accomplish as I have no longer the complete overview of my /our situation.

I was quite a number of times in Hospital.

 

Although nobody knows how it all will develop we’ re preparing new tracts in several languages. Perhaps due to  how all will develop we’ll be try to be prepared for the future

My oldest son Peter is retired from his business and sold it.  He is 55 now and  he is suffering of acute rheumatism. Sven is still going on with his business, but is becoming more and more difficult to keep the water below his lips, because economy is gone downhill quite fast.

 

We only can depend on the Lord and so we do!

Dear Lee and Barbara,

We’ll be praying for you both.

What do you want to do ?
New mail

dinsdag 21 juli 2020

Waarom woelen de volken en zinnen de natiën op ijdelheid?


Het is alweer een tijd geleden dat Obama de leus introduceerde: ‘Yes we can’, en deze woorden kunnen we dagelijks zien staan op de achterkant van de vrachtwagens van een van de grootste vervoerders van ons land. Obama’s opvolger, Trump, introduceerde zijn slogan: ‘We make America great again’. Onze Minister-President zegt dat we ‘alleen met elkaar de problemen van de pandemie aan kunnen’. Dit doet mij denken aan de woorden van de Babylonische koning Nebukadnezar die zei: ‘Is dit niet het grote Babylon dat ik heb gebouwd? Wij hebben een minister van klimaat. De hoogmoed van de mens is tot bizarre hoogten gestegen. Minister van klimaat, daar gaat er maar Eén over! Wat passen hier deze woorden:

Waarom woeden de volken en zinnen de natiën op ijdelheid? De koningen van de aarde stellen zich in slagorden en de machthebbers spannen samen tegen de HERE en zijn Gezalfde: Laat ons hun banden verscheuren en hun touwen van ons werpen!’  
Dit is wat nu in de eindtijd in het bijzonder gebeurt: De mens verheft zichzelf en de Hij van het heelal wordt ontkent, beledigt, gekleineerd en gelovigen worden belachelijk gemaakt. Dat is in nieuws-, actualiteiten- en ontspanningsprogramma’s zichtbaar. En dit is het gevolg:
Die in de hemel zetelt, lacht, de Heere spot met hen. Dan spreekt Hij in zijn toorn en verschrikt hen in zijn gramschap, Ik heb immers mijn koning gesteld over Sion, mijn heilige berg. Ik wil gewagen van het besluit des HEREN: Hij sprak tot mij, Mijn Zoon zijt gij, Ík heb U heden verwekt. ‘Vraag van Mij  en ik zal volken geven tot uw erfdeel en de einden der aarde tot uw bezit.

Dit is het erfdeel van de Heere Jezus: alles. Het is bij mijn weten de enige keer dat er in de Bijbel staat dat Hij lacht, maar het is geen lach van blijdschap en vreugde maar van hoongelach om die kleine mensjes…. En dan komt het:

Gij zult hen verpletteren met een ijzeren knots, hen stukslaan slaan als pottenbakkerswerk.
Nu dan, gij koningen wees verstandig. Laat u gezeggen, gij rechters der aarde. Dien de HEERE met vreze, en verheug u met beving.
Is dat ónze Heiland die kwam om zondaren zalig te maken? Jazeker! Hier wordt Hij ons voorgesteld als de Heerser over de gehele aarde die Zijn Konikruik zal reinigen van alle gevolgen van de zonde.  Maar dan komt nog weer het aanbod van genade:
Kus de Zoon, opdat Hij niet toorne en gij onderweg niet te gronde gaat, want zeer licht ontbrandt zijn toorn. Welzalig allen die bij Hem schuilen!

Deze  Psalm is zó toepasselijk op onze tijd. We kunnen dagelijks in de krant lezen hoe velen van de tegenwoordige “groten der aarde” opstaan tegen de HERE en Zijn Gezalfde. Sommigen passief, anderen actief

Maar als we ‘de Zoon hebben gekust’ dan is het beeld geheel anders!

De HERE verheugt Zich over de Zijnen; stel je voor, Hij juicht over u en mij en over mij. Niet om onze goede daden of wat dan ook, maar omdat we de Zoon hebben gekust.

De HERE kan zelfs zwijgen in Zijn liefde! Soms is er verdriet omdat we hebben gefaald in enig opzicht tegenover de Heilige Hij. Soms willen we het niet eens (h)erkennen. Dan is daar toch Zijn liefde.
Onze Hij is liefde. Wij kunnen lief doen, maar dat kan Hij niet want Zijn Wezen is liefde.
Daar mogen we ons aan vasthouden, in tijden van geluk en zeker ook in tijden wanneer het leven zwaar is vanwege gemis aan gemeenschap omdat we niet bij elkaar kunnen komen. Of vanwege het gemis van een dierbare die ons zijn voorgegaan en die wij moesten loslaten. O dat gemis! Die lege plek. Dan mogen we door alles heen met tranen verdriet toch, al is het bevend, vasthouden aan de Persoon die Hij is.

Hij is onze Banier
Hij is Rechtvaardig
Hij is Genadig
Hij is de Liefde
Hij is Trouw
Hij is onze Herder
Hij is onze Trooster
Hij is onze Bewaarder
Hij is ons Alles


dinsdag 23 juni 2020

Kortstondig ongeneugt

Dan ga ik op tot Gods altaren, tot God, mijn God, de bron van vreugd.
Dan zal ik juichend stem en snaren, ten roem van Zijne goedheid paren;
Die na kortstondig ongeneugt mij eindeloos verheugt. Psalm 43: 4  berijmd.

Deze week werd ik een keer tegen vijven wakker. Het berijmde psalmvers dat hier boven staat speelde bij het wakker worden door mijn hoofd. Een  vers dat ik vroeger op school geleerd had kwam zomaar als uit het niets terug in mijn gedachten. Maar niets gebeurt zomaar, ook al zien we de bedoeling erachter vaak niet meteen. In de loop van de week werd ik er steeds zekerder van dat ik hier iets over zou schrijven.

Alle brandoffers werden gebracht op het altaar en op hout. Het hout op het brandoffer-altaar op het tempelplein in Jeruzalem waarop vroeger de offers werden gebracht is ook een 'profetie' en doet ons denken aan het (kruis)hout op Golgotha. Er staat niet voor niets dat Hij onze zonden in zijn lichaam heeft gedragen op het hout. Bij elk offer moest hout worden gebruikt. Als we een paar elementen uit deze bovenstaande berijmde psalm wat nader bekijken dan zien we een verlangen om óp te gaan. Opgaan? Waarheen? Tot God, mijn God!
En dat mogen alle gelovigen in de Heer Jezus Christus nazeggen: God is mijn God! Daarom rijst er in ons ook dat verlangen om op te gaan naar ónze God die de bron van alle vreugde is. Volheid van vreugde is voor Zijn aangezicht voor eeuwig! Onze samenkomsten zijn niet een opgaan naar de 'gemeente', 'kerk', de 'samenkomst'of hoe je het maar mag noemen. Dat zijn alleen maar gebouwen/middelen die we mogen gebruiken om tot God, mijn God te naderen.

‘Dan zal ik juichen over Zijn goedheid’. Is dit niet de kern van ons christelijk geloof en van onze samenkomsten: Denken aan het Offer! Het kán gewoonweg niet anders dat als we daaraan denken dat we wel moeten zingen en spreken van Hem die ons alles is: onze Heer Jezus Christus.

Dan die zin met: ‘na kortstondig ongeneugt’  dat vind ik een mooi voorbeeld van hoe door het ontstaan van de Statenvertaling ook onze taal werd enorm werd verrijkt door bijzonder mooie en helaas ook vaak weer teloor gegane woorden. Neem nu dit: ‘Ongeneugt’, zo’n woordje dat van ‘ongenoegen’ komt. Het moest natuurlijk rijmen op ‘verheugt’, en dus ontstond ongeneugt. 

Van dit soort taalkundige dingetjes kan ik genieten. En we moeten niet vergeten dat de vertaling van de Bijbel in onze taal van een enorme invloed is geweest op de ontwikkeling van onze taal.

In het licht van de eeuwigheid die voor ons ligt met alle zegeningen van dien krijgt alles wat wij hier meemaken aan moeite en verdriet vaak een heel andere betekenis. Paulus schrijft daarover in de zin van ‘de korte tijd van lijden’ tegenover de heerlijkheid die over ons geopenbaard zal worden. ‘Want ik ben er zeker van, dat het lijden van de tegenwoordige tijd niet opweegt tegen de heerlijkheid, die over ons geopenbaard zal worden’  Romeinen.8:18.
Dan ga ik op…. Wat moeten wij dat missen ‘dat opgaan’; nu al maandenlang zijn we uitgesloten van de praktische gemeenschap en we weten ook niet hoelang dit nog zal duren en of het zal overgaan.
Maar hiervan kunnen we volkomen zeker zijn: God is de enige ware God en Hij is tevens onze God en de God van vreugde. Dat mogen we elke dag ervaren als we ons helemaal aan Hem overgeven; ook in tijden van tegenslag en van teleurstellingen. Tijd van eenzaamheid, in ouderdom en ziekte.
Dan rijst een lied in ons hart en loven we Zijn goedheid. Wat een zegen  mogen we ervaren als we ons volkomen aan de Heere Jezus overgeven. Zelfs als het pikkedonker is dan is er toch altijd Zijn licht. We mogen ons zó in Zijn liefde onderdompelen.
Na deze aardse strijd -want die strijd is er en zal er zijn tot het einde toe- wenkt daar het Huis van de Vader met de vele woningen,

 O, denk aan het huis bij de Heer,
  aan het oord, waar geen nacht is of leed,
  waar Gods heil'gen hun Koning ter eer
  in het smetteloos wit zijn gekleed.

  O loof nu uw Heiland en Heer,
  die ons voor is gegaan tot Gods troon,
  waar nu 't loflied de Koning ter eer,
  Jezus dank zegt op juub'lende toon.
 

   Hoe goed, o hoe zalig, mijn hart,
  dat de tijdstroom ten einde haast spoedt
  dat 'k onsterf'lijk, ontworsteld aan smart,
  U dan heilig en zalig ontmoet
    Lied 231 uit de bundel van Johannes de Heer.


What do you want to do ?
New mail

maandag 22 juni 2020

Pandemie


Ik heb dit geschreven, in de eerste plaats voor de broeders en zuster van de vergadering in Nuenen waar we gewend zijn elke zondag samen te komen. Ik dacht dat het ook goed zou zijn als bemoediging voor anderen vandaar dat het nu op mijn blog staat.


  Ik ben de eerste en de laatste, en de levende; en Ik ben dood geweest, en zie, Ik ben levend tot in alle eeuwigheid, en ik heb de sleutels van de dood en van de hades. Openbaring 1:18
Er ligt weer een zondag voor ons waarin we niet zullen samenkomen op de wijze waarop we dat door de genade van God steeds mochten doen. Nu we zo verstoken zijn van de samenkomsten mogen we onszelf herinneren aan de tijd dat het heel gewoon was. Wat we heel gewoon vónden, kunnen we beter zeggen. Als alles wat we, wat dit betreft, moeten missen, missen we het écht als we er even bij stilstaan.
Ik vraag me de laatste dagen steeds meer af waartoe wij dit moeten meemaken. Misschien juist wel  omdat we er zó aan gewend waren. Nu, nu alles ons onthouden wordt, wat de gemeenschap betreft, worden we teruggeworpen op de Ene voor Wie en rondom Wie we gewend zijn samen te komen. Nu worden we erbij bepaald hoezeer wij bevoorrecht waren!. Wie had ooit kunnen denken dat we zoveel zondagen elkaar niet zouden ontmoeten. Maar die Ene, onze Heere Jezus Christus, is nog steeds dezelfde en zal dat ook zijn tot in alle eeuwigheden. Op Hem mogen we onze ogen richten en niet alleen naar Hem kijken, maar Hem aanschouwen. We kunnen ergens naar kijken en meteen vergeten wat we hebben gezien. Zoals Jacobus dat zegt met betrekking tot een spiegel en ons eigen gezicht. Meteen vergeten.
Wij mogen Hem aanschouwen, dat wil zeggen dat we met interesse en nadenkend ons oog op Hem gericht houden. Dat kunnen we elke dag en op elke plaats doen en ik hoop dat we deze ervaring met de Heere elke dag mogen hebben.
Nu in de afzondering mogen we er ook deze zondag weer aan denken dat hij vlees en bloed aannam om onder ons mensen te leven voor het lijden van de dood. Laat dat maar op ons inwerken. Als een mens geboren wordt zijn we vol verwachting over wat in het leven van zo’n klein menske zal gaan gebeuren en wat hij of zij zal bereiken in het leven. De grootheid van een mensenleven wordt toch afgemeten aan zijn/haar succes op wat voor gebied dan ook.
Maar Hij kwam om te sterven en niet zomaar een dood te sterven zoals de meeste mensen meemaken, maar Hij stierf op de gruwelijkste manier die men kon bedenken. Dat Hij juist in deze tijd leefde was  Goddelijk gepland. Hij leefde en stierf tijdens die vreselijke bezetting van Israël door de Romeinen en daarom kon Hij gekruisigd worden. Men had verschillende keren geprobeerd om Hem te vermoorden. Door Hem van een berg af te duwen of te stenigen. Maar er was geprofeteerd:  Vervloekt is hij die aan het hout hangt. Dat was Gods plan geweest en zó zou het gaan.
Nooit is iemand zó van God verlaten geweest als juist de Zoon van God. Hij was de eenzaamste van allen die ooit hebben geleefd. En waarom? Om voor u en mij het oordeel over onze zonden te ondergaan. Hij riep het uit als mens: Mijn God, Mijn God, waarom
Ook nu we, wat betreft de praktische invulling van de gemeenschap met elkaar, moeten missen mogen we voor elkaar bidden en er aan denken dat we nu wel het gemis van elkaar kunnen ervaren maar dat we nooit verstoken zullen kunnen worden van onze gemeenschap met de Heere Jezus..
Onze gemeenschap met Hem, onze Heere Jezus Christus, hangt niet van af van levensomstandigheden. Ook nu, afgescheiden van elkaar mogen we ons verheugen dat niets ons kan scheiden van de liefde van God, die is in onze Heere Jezus Christus en dat niemand ons kan roven uit Zijn hand. Een goede zondag gewenst.
Martien

Ebenhaezer


Eben Haezer

De laatste acht maanden konden we niet meer op reis naar de chauffeurs. Eerst door juffrouw Corona en later kwam er ook nog meneer Hernia  bij. Wel mooi dat die twee gedeeltelijk in dezelfde tijd op bezoek kwamen. Dat komt  niet zomaar ongecontroleerd uit de lucht vallen! De Heere staat boven alles en dat mogen we dan toch ook wel weer als een zegen zien. De grenzen gaan straks weer open en dan zal hopelijk intussen ook de hernia wel weer tot de verleden tijd behoren. Ik heb contact met een kliniek waar ik nog deze week iets meer over hoop te horen. Als ik hersteld zal zijn van de ingreep dan kunnen we dit jaar misschien nog net een reisje maken naar de  chauffeurs voor het weer herfst en kouder wordt. Dat zouden we heel fijn vinden.

De ‘anderhalve meter regel’ van de overheid zullen we dan ook onderweg gehoorzamen al zal  het er niet gemakkelijker op worden. Ik dacht er vanmorgen aan dat we door de Heere voor een periode zijn stilgezet.  Daarom kunnen we gerust zijn omdat we ook hierin de woorden van de Heere Jezus mogen horen: ‘Ik ben het.’ Als kinderen van God mogen we alles wat ons overkomt als uit Zijn hand ontvangen.

We mogen nu van ons huis uit de chauffeurs bemoedigen, en ondersteunen met het toesturen van materialen en contacten onderhouden via e-mail, WhatsApp en Twitter. We zitten nu tussen onze reizen in, die van het verleden en die van de toekomst. Dat  kunnen voor ons ook vergelijken met een parkeerplek op onze levensreis..

Ik trap een open deur in als ik zeg dat als we op reis zijn we ons ergens bevinden tussen vertrek en aankomst. We kunnen terugkijken op de al afgelegde afstanden en uitzien naar de eindbestemming. Genieten we wel van de zegeningen die ons ten deel zijn gevallen en kijken we ook naar de weg over welke de Heere ons de afgelopen tijden heeft geleid.

Op een wandkleed dat bij mijn opa in de kamer hing stond een prachtige tekst in Gotische letters. Hij was weduwnaar geworden na ruim veertig jaar getrouwd te zijn geweest en op het wandkleed  dat mijn opa en opoe toen kregen stond:

Eben Haezer, 
gedenk den weg over denwelke de HEERE u deze veertig jaren geleid heeft.

Eben Ha Ezer betekent ‘Steen van hulp’ en wordt  vertaald met ‘tot hiertoe heeft de HEERE ons geholpen. En dat is ook een goede samenvatting van de betekenis. Hij is de Steen, Hij is die Rots waarop onze voeten onwankelbaar mogen staan. Hij wil ons dragen, elke dag weer.

Ik denk hierbij aan dat jongetje dat met zijn vader in de supermarkt liep terwijl hij zo’n metalen boodschappenmandje droeg. Er lag het een en ander in dat mandje dat hij met een rond ruggetje voor zijn buik sjouwde en hij was op weg naar de kassa. Vlak achter hem liep een andere man en die zei: ‘Is dat allemaal niet wat te zwaar voor zo’n kleine man?’
‘Nee hoor’, antwoordde het jongetje, ‘mijn vader weet wat ik kan dragen’.
Als een aardse vader al toeziet dat de last voor zijn zoontje niet te zwaar is, hoeveel temeer zal onze Hemelse Vader toezien op de lasten van Zijn kinderen. Ja dan kan de weg die we te gaan hebben ons soms zo terneer drukken dat we uitroepen tot God dat we het niet aan kunnen. Dat was ook Davids ervaring, maar dan steeds kunnen we weer lezen dat ‘hij zich sterkte in de HEERE zijn God.

En uit wat Hij in het verleden heeft gedaan kunnen we kracht putten voor het heden en de toekomst omdat de God van gisteren ook de God van het vandaag en van morgen is. Voor heel ons leven geldt: Er zijn eeuwige armen onder u.



Rots der eeuwen, troost in smart,
  vaste grond voor 't wank'lend hart,
  goed bestand voor storm en vloed,
  Jezus, is m' Uw dierbaar bloed;
  daarin vond 'k steeds al mijn kracht,
  zelfs in d' allerbangste nacht.
 
  
  
  Vaste rots in elke nood,
  schuilplaats, zelfs tot in de dood,
  G' ondersteunt, die wank'lend viel.
  Trooster der bedroefde ziel,
  Jezus, Heiland, Zone Gods,
  ja, Gij zijt der eeuwen Rots
                Johannes de Heer 334:1, 3.


zaterdag 20 juni 2020

Er is HOOP

Ik heb dit geschreven, in de eerste plaats voor de broeders en zuster van de vergadering in Nuenen waar we gewend zijn elke zondag samen te komen. Ik dacht dat het ook goed zou zijn als bemoediging voor meerderen, vandaar dat het nu op mijn blog staat.

  Ik ben de eerste en de laatste, en de levende; en Ik ben dood geweest, en zie, Ik ben levend tot in alle eeuwigheid, en ik heb de sleutels van de dood en van de hades. Openbaring 1:18

Er ligt weer een zondag voor ons waarin we niet zullen samenkomen op de wijze waarop we dat door de genade van God steeds mochten doen. Nu we zo verstoken zijn van de samenkomsten mogen we onszelf herinneren aan de tijd dat het heel gewoon was. Wat we heel gewoon vónden, kunnen we beter zeggen. Als alles wat we, wat dit betreft, moeten missen, missen we het écht als we er even bij stilstaan.

Ik vraag me de laatste dagen steeds meer af waartoe wij dit moeten meemaken. Misschien juist wel  omdat we er zó aan gewend waren. Nu, nu alles ons onthouden wordt, wat de gemeenschap betreft, worden we teruggeworpen op de Ene voor Wie en rondom Wie we gewend zijn samen te komen. Nu worden we erbij bepaald hoezeer wij bevoorrecht waren!. Wie had ooit kunnen denken dat we zoveel zondagen elkaar niet zouden ontmoeten. Maar die Ene, onze Heere Jezus Christus, is nog steeds dezelfde en zal dat ook zijn tot in alle eeuwigheden. Op Hem mogen we onze ogen richten en niet alleen naar Hem kijken, maar Hem aanschouwen. We kunnen ergens naar kijken en meteen vergeten wat we hebben gezien. Zoals Jacobus dat zegt met betrekking tot een spiegel en ons eigen gezicht. Meteen vergeten.

Wij mogen Hem aanschouwen, dat wil zeggen dat we met interesse en nadenkend ons oog op Hem gericht houden. Dat kunnen we elke dag en op elke plaats doen en ik hoop dat we deze ervaring met de Heere elke dag mogen hebben.

Nu in de afzondering mogen we er ook deze zondag weer aan denken dat hij vlees en bloed aannam om onder ons mensen te leven voor het lijden van de dood. Laat dat maar op ons inwerken. Als een mens geboren wordt zijn we vol verwachting over wat in het leven van zo’n klein menske zal gaan gebeuren en wat hij of zij zal bereiken in het leven. De grootheid van een mensenleven wordt toch afgemeten aan zijn/haar succes op wat voor gebied dan ook.

Maar Hij kwam om te sterven en niet zomaar een dood te sterven zoals de meeste mensen meemaken, maar Hij stierf op de gruwelijkste manier die men kon bedenken. Dat Hij juist in deze tijd leefde was  Goddelijk gepland. Hij leefde en stierf tijdens die vreselijke bezetting van Israël door de Romeinen en daarom kon Hij gekruisigd worden. Men had verschillende keren geprobeerd om Hem te vermoorden. Door Hem van een berg af te duwen of te stenigen. Maar er was geprofeteerd:  Vervloekt is hij die aan het hout hangt. Dat was Gods plan geweest en zó zou het gaan.

Nooit is iemand zó van God verlaten geweest als juist de Zoon van God. Hij was de eenzaamste van allen die ooit hebben geleefd. En waarom? Om voor u en mij het oordeel over onze zonden te ondergaan. Hij riep het uit als mens: Mijn God, Mijn God, waarom

Ook nu we, wat betreft de praktische invulling van de gemeenschap met elkaar, moeten missen mogen we voor elkaar bidden en er aan denken dat we nu wel het gemis van elkaar kunnen ervaren maar dat we nooit verstoken zullen kunnen worden van onze gemeenschap met de Heere Jezus..

Onze gemeenschap met Hem, onze Heere Jezus Christus, hangt niet van af van levensomstandigheden. Ook nu, afgescheiden van elkaar mogen we ons verheugen dat niets ons kan scheiden van de liefde van God, die is in onze Heere Jezus Christus en dat niemand ons kan roven uit Zijn hand. Een goede zondag gewenst.

Martien


What do you want to do ?
New mail
What do you want to do ?
New mail